2015 21:00
Tell me why I do like Mondays... with Root
De muziek van Root, het trio rond toetsenist Dominique Vantomme, neemt je mee naar een universum waar psychedelica en harmonie elkaar de hand reiken. Met de ritmetandem Mirko Banovic (bassist van Arno en Arsenal) en Geert Roelofs grijpt Root op hun debuutalbum terug naar de jazzrock en de fusion van de jaren zeventig. De wurlitzer- en rhodes-partijen zorgen voor een spitse toets en doen denken aan werk van John Mclaughlin, Joe Zawinul, Weather Report, Mahavishnu Orchestra én Herbie Hancock en Keith Jarrett in hun 'Electric Miles'-periode. De band brengt het beste van twee werelden samen: het rauwe, opzwepende van de (jazz)funk en het integere en meeslepende van hedendaagse klassieke en jazzy (pop) ballades. De samples verenigen de twee uitersten. Het resultaat? Een uiterst genietbare plaat en supersterke live-reputatie.
‘Root’ is de groepsnaam van een trio jazzmuzikanten uit Gent en bestaat uit toetsenist Dominique Vantomme, bassist Mirko Banovic en drummer Geert Roelofs. Vantomme beroerde in het verleden ook al de zwarte en witte klaviertoetsen als begeleider van o.a. Toots Thielemans, Laïs en An Pierlé en Mirko Banovic is bij muziekliefhebbers gekend als bassist bij ‘Arno’ en ‘Arsenal’.
Met hun titelloze debuutplaat hebben ze met behulp van een aantal gastmuzikanten (o.a. DJ Grazzhoppa, Laurent Maur en Leonie Geysels) een plaat uitgebracht waarop twaalf overwegend instrumentale nummers werden opgenomen die variëren tussen psychedelische klanken en filmmuziek, steeds vertrekkend vanuit een op jazz geïnspireerde basis.
De psychedelica in deze sound is al meteen te horen in het openingsnummer “Golden Toads Look Into The Moon”. Het experimentele karakter van deze plaat zorgt er voor dat het niet zo’n voor de hand liggend, makkelijk beluisterbaar werkstuk is geworden. Soms lijkt het wel alsof je in een soort van jamsessie bent terecht gekomen, zoal in het 6 minuten durende “Money Money Money”, waarin een zeer herkenbare sample van de bekende gelijknamige ‘ABBA’-hit is verwerkt.
Er is ook wel een regelmatige afwisseling in ritmiek, zoals wanneer het swingende “Greetings From Béram Sowe” vlekkeloos overgaat in het melancholische, sfeerzettende rustnummer “Bibi” dat eerder iets is voor in de late uurtjes bij een glaasje rode wijn, net als het later nog volgende “Aagje” trouwens. Een aantal nummers krijgen bij ‘Root’ ook een elektronisch, funky toetsje mee zoals in “Two Stores High”, “President Hotel”, het soulvolle “PLC-101” of slotnummer “Room 111”, een funky rapsong.
Vaak zijn de soundscapes die Dominique Vantomme uit zijn Wurlitzer-, Hammond- of Rhodesorgel haalt klanken die je eerder bij één of andere documentaire film op televisie zou verwachten dan op een zilveren cd-schijfje. Mocht u toch willen vergelijken, dan kunnen we u aanbevelen om eerst eens te gaan luisteren bij mensen als Chick Corea of Herbie Hancock. En het Franstalig gezongen en meest commercieel klinkende nummer “Que Du Vent” zouden we op het eerste gehoor durven toewijzen aan ‘Nouvelle Vague’.
Lees meer